Isala wil kwart van zorg naar huis verplaatsen

Tom Faber, Isala zorg thuis
Pieter Verbeek
Pieter Verbeek
24 februari 2022
5 min

Met het Connected Care Center is het Isala Ziekenhuis uitgegroeid tot een van de koplopers op het gebied van digitale zorg en zorg thuis bij de patiënt. De komende jaren wil Isala maar liefst een kwart van alle zorg verplaatsen richting thuisomgeving. Programmamanager Tom Faber deelt ervaringen en lessen.

Eind 2019 startte het Isala met het Connected Care Center, een hub waarin een team van projectleiders en kwartiermakers de artsen en verpleegkundigen van het ziekenhuis ondersteunt om de zorg anders in te richten. Dit doen ze door te helpen met contact met leveranciers en te zorgen dat apps goed werken. Het idee kwam uit de koker van bestuursvoorzitter Rob Dillmann. Hij vond dat het Isala als ziekenhuis voorbereid moest zijn op de toekomst. De zorg moest slimmer en digitaler.

Transformatiegelden

Belangrijke randvoorwaarde voor het opzetten van het Connected Care Center waren de Transformatiegelden uit het Hoofdlijnenakkoord medisch specialistische zorg 2019-2022, vertelt Tom Faber, programmamanager Connected Care. Hij was naast Egge van der Poel één van de sprekers tijdens de eerste Health CatchUP op 24 maart.

Zorgverzekeraar

Met Zilveren Kruis, de grootste zorgverzekeraar voor Isala, zijn daarover hele goede afspraken gemaakt. “We hebben een lump sum gekregen voor drie jaar met een gezamenlijke ambitie. Vanuit dit vertrouwen in elkaar zijn we aan de slag gegaan. We hebben alle ruimte om projecten te starten en zijn transparant over de voortgang richting Zilveren Kruis en ook regiopartners als de thuiszorg en huisartsen.”

“Natuurlijk wil de zorgverzekeraar wel een goede effectmeting zien, maar dat willen wij zelf ook. Als er geen bewijs is dat het werkt, vinden we zelf ook dat we ermee moeten stoppen. We doen dit uiteindelijk omdat we geloven dat digitalisering van zorg ertoe bijdraagt aan de kwaliteit van zorg en dat die prettiger, beter en veiliger wordt.”

Zorg in de thuisomgeving

Was de ambitie bij de start van het Connected Care Center nog 10 procent, nu wil het Isala de komende jaren 25 procent van alle zorg verplaatsen naar de thuisomgeving. Een tweetal kwartiermakers is bezig een medisch coördinatiebureau op te zetten van waaruit regie en monitoring van de zorg op afstand gaat worden georganiseerd.

Momenteel hebben al 25.000 patiënten zorg thuis ontvangen. Dat kan gaan van een chatbericht via de Beter Dichtbij app, om te laten weten dat het goed gaat en de afspraak niet door hoeft te gaan, tot een patiënt die een jaar intensief van afstand wordt gemonitord.

Longgeneeskunde

Met name in de longgeneeskunde heeft het Isala al veel zorg op afstand lopen, zoals telemonitoring voor COPD- en astmapatiënten. Ook chronische MS-patiënten worden gemonitord van afstand, zodat zij niet standaard voor afspraken naar het ziekenhuis moeten komen.

“Kwetsbare groepen patiënten hebben middels een app wel heel snel contact met hun zorgverlener wanneer dat nodig is”, legt Faber uit. “Ook verplaatsen we de kliniek naar huis. Daar is covid het beste voorbeeld van. We hebben daar een tweetal trajecten lopen. Als dienst voor huisartsen monitoren we zieke patiënten om te voorkomen dat ze worden opgenomen in het ziekenhuis. Wij sturen iemand langs die uitlegt hoe de app werkt en geven een saturatiemeter mee. Vanuit ons monitoringscentrum kunnen we dan meekijken. Hetzelfde doen we aan de achterkant door patiënten eerder te ontslaan. Als je alleen nog maar zuurstof nodig hebt, regelen we dat je dat thuis kunt krijgen. Middels een app en het meten van het zuurstofgehalte in het bloed houden we hen ook in de gaten.”

Patiëntwaarde

Wat heeft het nu na ruim drie jaar opgeleverd? Connected Care begint steeds meer een plek te krijgen in het DNA van het ziekenhuis, stelt Faber. “Onze dokters en verpleegkundigen zijn het gewoner geworden te bedenken of het wel patiëntwaarde toevoegt om een patiënt naar het ziekenhuis laten komen. Dat is grote winst.”

“Covid heeft het programma veel wind in de zeilen gegeven. We hebben gezien dat we ook echt impact kunnen hebben op de kliniek. In het begin waren we bezig met poliklinische zorg naar huis te verplaatsen, maar nu zie je dat je ook een bed thuis kunt organiseren. Het is heel hoopvol dat je ziet dat je in de hele breedte zorg naar huis kunt  verplaatsen. Met 25.000 patiënten hebben we ook best wel wat schaal bereikt. Dat maakt dat we nu slimmer kunnen organiseren. Ook denken we inmiddels meer bewijs te hebben gekregen dat patiënten dit fijne zorg vinden. In de komende maanden gaan we dit ook opnieuw opschrijven in een transitiemagazine.”

Ketenpartners erbij betrekken

De volgende stap die het Connected Care Center nu zet, is om meer de regio in te gaan en de ketenpartners erbij te betrekken, zoals huisartsen, thuiszorg en revalidatiecentra. We hebben een goed overleg met regiopartners, maar zouden ook aan de voorkant meer met elkaar willen prioriteren en bepalen.”

“Hoe gaan we samenwerken in de digitalisering om de patiënt heen? Ook onderzoeken we met elkaar de samenwerking rondom medicatie die thuis of dichtbij huis aangesloten kan worden. Na twee jaar ben ik blij met de groei die we hebben bereikt in het ziekenhuis, maar nu is het tijd om meer in het netwerk van de patiënt te denken.”

Beginnen met visie

Aan andere ziekenhuizen die hiermee willen starten raadt Faber aan om vooral te beginnen met een visie. “Je moet starten vanuit een geloof ergens in en niet eerst alles dood analyseren of je blindstaren op euro’s. Natuurlijk moet je wel heel goed beseffen dat dokters en verpleegkundigen het er in het begin bij doen. Daarom moet je hen ook echt goed faciliteren bij de implementatie. Hoe helpen we onze zorgprofessionals? Hoe maak je hun werk plezieriger?”

Applicatielandschap

Verder adviseert Faber om goed naar je applicatielandschap te kijken. “Als je wilt opschalen, wil je niet honderden apps hebben. Volg de patiënt en de patiëntreis en bepaal dan wat thuis of dichtbij huis zou kunnen. Ga dan kijken hoe je het in stapjes kunt doen. En ga goede selectietrajecten aan om niet met al te veel partijen samen te werken. Wij hebben daar heel veel tijd in gestoken. Nu hebben we fijne leveranciers waarmee we snel kunnen schakelen. Maar anders inrichten begint met het optekenen van het zorgpad. En je afvragen wat de patiëntwaarde is om hem of haar naar het ziekenhuis te laten komen.”

 

 

 

 

Uitgelicht

Persberichten

Plaats zelf je persbericht

Lees meer
Pieter Verbeek
Pieter Verbeek

Gerelateerde artikelen