Talitha Hoppe, operatieassistent bij het OLVG, werd onlangs gekozen tot dé changemaker in de zorg. Zij vindt dat verduurzaming veel meer vaart bij zorgaanbieders en de overheid moet krijgen. En dat de besparingen terug naar de zorgprofessionals moeten. Zodat die snel kunnen investeren in nog meer duurzame producten.
Een duurzame zorginfluencer. Zo kun je Talitha Hoppe zeker noemen. Alweer vier jaar zet zij zich met ziel en zaligheid in voor een duurzamere OK bij het OLVG. Bovendien deelt zij haar kennis buiten de muren van haar ziekenhuis, zoals op LinkedIn. Haar hartstocht voor het thema werkt aanstekelijk, om te beginnen in haar eigen organisatie. “Een voorbeeld is de kick-off die we onlangs hadden van een nieuw green team bij onze afdeling geriatrie.”
Eén dag in de maand
Toch is Hoppe allesbehalve tevreden over de vaart van verduurzaming van de zorg in haar organisatie. Ze merkt dat er meer voor nodig is om het als een lopend vuurtje te laten gaan. “Want tegelijk vraagt het green team van de IC mij of ik het vuurtje daar weer eens kom oppoken.”
De operatieassistent van het OLVG vindt dat haar organisatie duurzaamheid meer moet omarmen. “Er moet meer aandacht komen van het management voor duurzaamheid. Het staat wel in het jaarplan, maar het wordt onvoldoende uitgedragen. Dat heb je nodig om ervoor te zorgen dat collega’s het breder oppakken.”
Dat omarmen van duurzaamheid mag van Hoppe ook gaan blijken uit de tijd die zij en haar green team-collega’s aan verduurzaming mogen besteden. “Mijn manager doet haar best om tijd voor mij vrij te maken. Maar ik heb maar één dag in de maand en die kan ik niet eens volledig aan greenteam-zaken besteden. Daar komt nog bij dat ik alsnog naar de OK moet zodra er collega’s ziek zijn.”
Ze heeft haar raad van bestuur onlangs gevraagd om een structurele oplossing: tijd voor duurzaamheid die buiten de OK-formatie valt en een potje voor duurzame investeringen. Dit wordt binnenkort besproken binnen het Kernteam Duurzaamheid.
Harde resultaten
Dat Hoppe meters weet te maken, komt doordat ze haar duurzame werk veelal in haar vrije tijd doet. “Artikelen lezen, andere vormen van research en het posten op LinkedIn doe ik buiten werktijd om. Dat is mijn eigen vrijwillige keuze omdat ik het leuk vind. Toch is het apart dat dit geen onderdeel van mijn werk is. Want wat ik doe is niet alleen goed voor de leefbaarheid van de aarde en de gezondheid van mensen, het levert onze organisatie ook gewoon geld op.”
Een hard resultaat heeft Hoppe en haar green team bijvoorbeeld gehaald met narcosedekens. Het OLVG heeft wegwerpexemplaren vervangen door wasbare. “Op onze twee OLVG-locaties besparen we daardoor per locatie 241 euro in de week. Zo komen we uit op een totale besparing van 25.000 euro.”
Duur afval
En dat is zeker niet het enige harde resultaat. Zo voorkomt Hoppe met haar green team veel duur afval. “Voorheen verdwenen peperdure staplers, compleet met elektronica en batterij, na eenmalig gebruik bij het specifieke ziekenhuisafval. Nu zijn in een jaar 900 staplers van het OLVG naar GreenCycl gegaan. Dat is een verwerker die materialen redt en kijkt of ze het apparaat kunnen refurbishen voor diergeneeskunde bijvoorbeeld.”
Een nog een mooi voorbeeld zijn de verpakkingsdoeken voor instrumentennetten, ook wel blue wrap genoemd. “Die gooien we niet langer weg. Ze worden nu door een verwerker opgehaald die het materiaal omsmelt tot bloempotten. Dat is niet ideaal, maar voorheen ging het in vuilniszakken en werd het verbrand. Uiteindelijk wil ik een oplossing waarbij het materiaal weer wordt gebruikt voor nieuwe producten voor de OK.”
Celstofmatjes
Hoppe is nog lang niet klaar. Ze ziet volop kansen voor besparingen die het milieu en de portemonnee ten goede komen. Zo is ze bezig haar collega’s te verleiden minder celstofmatjes te gebruiken.
“Amarylle van Doorn van de CO2-assistent heeft berekend hoeveel matjes wij jaarlijks gebruiken. Zij kwam uit op een stapel ter hoogte van de Burj Khalifa in Dubai, het hoogste gebouw ter wereld. Het zou mooi zijn als we veel minder gebruiken en kunnen kiezen voor de duurzamere variant van bijvoorbeeld Green it out.”
Voor een doorbraak van duurzaamheid zouden gerealiseerde besparingen volgens Hoppe terug moeten gaan naar de zorgprofessionals zelf: het potje waar ze haar raad van bestuur al naar heeft gevraagd. “Het zou geweldig zijn als we dat geld kunnen besteden aan investeringen in duurzame oplossingen.”
Ze weet direct een bestemming voor het geld. Ze zou het nu stoppen in wasbare opwarmjassen. Die worden nu na eenmalig gebruik weggegooid. “Stel je hebt het geld voor die investering al liggen, dan hoef je daar niet een hele procedure voor op te starten. Dat zou een geweldige impuls voor verduurzaming kunnen zijn.”
Te weinig beweging bij leveranciers
Hoppe vindt dat naast de zorgaanbieders ook de overheid duurzame zorg meer moet omarmen. Ze pleit voor snelle invoering van wettelijke normen voor verpakkingen en afval van medische hulpmiddelen. Dit is vooral noodzakelijk om leveranciers serieus met duurzaamheid aan de slag te laten gaan. Ze ziet nog te weinig beweging bij de leveranciers. “Er zijn er zelfs nog die niet eens een duurzaamheidscoördinator hebben.”