In de looneisen van de vakbonden staat dat het loon van personeel in ziekenhuizen in 2023 volledig meestijgt met de inflatie. De inkomsten van de ziekenhuizen nemen echter minder snel toe. Ziekenhuizen dreigen daardoor in 2023 stevig verlies te maken.
Door Anja van Balen en David Bolscher, ABN AMRO
De looneisen van de vakbonden, een stijging van 12,5 procent, kosten ziekenhuizen volgend jaar ruim 2 miljard euro. En dat terwijl de bijbehorende inkomsten maar met 800 miljoen euro stijgen. Dit blijkt uit berekeningen van ABN AMRO. Een echte oplossing lijkt niet voorhanden.
Het kabinet riep in augustus werkgevers al op om lonen te verhogen in lijn met de stijgende prijzen. “Hogere lonen zijn een structurele oplossing. Niet alles kan van de overheid komen”, aldus minister Sigrid Kaag van Financiën. Voor de koopkrachtreparatie van zorgpersoneel ligt de verantwoordelijkheid wel volledig bij die overheid zelf.
Stevig gat
De overheid heeft afgelopen zomer weliswaar bepaald dat ziekenhuizen per 1 januari 2023 hun tarieven voor behandelingen mogen opvoeren, maar het deel waaruit de stijgende lonen moet worden vergoed mag slechts met maximaal 5 procent stijgen. Aangezien de lonen niet door de overheid worden bepaald, maar worden overeengekomen in de cao, dreigt nu een stevig gat te ontstaan.
De ziekenhuissector hanteert twee cao’s: een voor de universitaire ziekenhuizen en een voor de overige, algemene ziekenhuizen. De cao voor de universitaire ziekenhuizen is in maart van 2022 al afgesloten. Daarin is overeengekomen dat de lonen in 2023 meestijgen met de inflatie. Voor de universitaire ziekenhuizen is daarmee al zeker dat de kosten sneller stijgen dan de inkomsten. Voor hen betekent het nakomen van de verplichtingen een tekort van 450 miljoen euro. Zij willen daarom opnieuw met de bonden om tafel.
Volledige prijscompensatie
De algemene ziekenhuizen hebben de cao-onderhandelingen met de vakbonden op 31 oktober hervat. De looneisen van vakbond FNV zijn duidelijk: lonen moeten met minimaal 12,5 procent stijgen om het personeel te compenseren voor de inflatie. “Onze inzet is volledige prijscompensatie in de nieuwe cao, met een minimum van 100 euro en een hogere reiskostenvergoeding voor iedereen”, zo maakte FNV-bestuurder Elise Merlijn duidelijk voor aanvang van de onderhandelingen. Als er inderdaad volledige prijscompensatie komt, beloopt het tekort voor de algemene ziekenhuizen ongeveer 750 miljoen euro.
De afgelopen jaren lagen de salarisontwikkelingen nog wel in lijn met de groei van de sector. In de periode 2020-2022 hielden de behandeltarieven en daarmee de omzet ongeveer gelijke tred met de personeelskosten. Zoals aangegeven dreigt in 2023 voor de universitaire en algemene ziekenhuizen samen een tekort te ontstaan van 1,2 miljard euro.
Rode cijfers
Wanneer de ziekenhuizen aan de gewenste salariseisen voldoen, is de kans groot dat ze in de rode cijfers belanden. De marges zijn namelijk op dit moment al beperkt. Bij volledige looncompensatie dreigt de branche met het verwachte tekort van 1,2 miljard euro voor de loonkosten volgend jaar bijna 700 miljoen euro verlies te maken, waar het totaalresultaat normaliter tussen de 400 en 500 miljoen positief is. Het resultaat kan naast de verwachte stijging van de loonkosten nog verder afkalven wanneer de nog te bepalen vergoeding voor de energielasten niet volledig is, iets waarvoor de ziekenhuizen eveneens vrezen.
Werkdruk
Het is uiteraard niet gewenst dat ziekenhuizen structureel in de rode cijfers belanden. Niet voldoen aan de eisen van de vakbonden kan ziekenhuizen echter grote schade opleveren. Personeel dat het werk neerlegt, is het laatste waar ziekenhuizen op zitten wachten nu zij al ruim twee jaar met grote personeelstekorten kampen. Bovendien zijn bij achterblijvende lonen eenvoudigweg minder mensen bereid om voor ziekenhuizen te werken.
Door het hoge ziekteverzuim als gevolg van Covid en door verloop van personeel uit onvrede over de cao loopt de werkdruk op de werkvloer verder op. Uit de Sectorale Welzijnsmonitor van ABN AMRO blijkt dat de gezondheid van zorgpersoneel al een dieptepunt heeft bereikt. De sector bevindt zich in een neerwaartse spiraal en daarom moet de zorgmedewerker op de eerste plek worden gezet.
Bestuursvoorzitter Maurice van den Bosch van het OLVG-ziekenhuis uitte een maand geleden zijn zorgen over financiële problemen onder zorgpersoneel door de hoge inflatie. Hij stelt dat bij 5 tot 10 procent van de zorgmedewerkers loonbeslag is gelegd. “Zorgmedewerkers stonden vanwege corona al onder hoge druk, en nu krijgen ze dit er ook nog eens overheen. Wat je gaat krijgen, is uitval onder het personeel, want geldproblemen zijn ook slecht voor de gezondheid.”
Meer ZZP’ers
Wanneer de ziekenhuizen de lonen niet laten meestijgen met de inflatie neemt de personeelskrapte verder toe. Het aantal medewerkers dat niet in vaste dienst is, is de laatste jaren al sterk gestegen. Bij onvrede over de salarissen zal nog meer personeel ontslag nemen en zich bijvoorbeeld als zzp’er tegen betere voorwaarden laten terug huren of helemaal naar een andere sector verkassen.
Hierdoor neemt de druk op het bestaande personeel verder toe. En dat juist in een tijd waar het verlichten van de druk essentieel is voor personeelsbehoud. Een op de tien zorgmedewerkers overweegt nu al om komend jaar de sector te verlaten, blijkt uit onderzoek van het Instituut Ziektekostenvoorziening Ziekenhuiswezen. Een mager loonbod duwt hen misschien over de streep.
Duivels dilemma
De ziekenhuizen staan daarmee voor een duivels dilemma. Enige opties zijn dat de ziekenhuizen een verliesjaar accepteren of dat ze hun kosten naar beneden brengen.
Een verliesjaar accepteren lijkt voor de korte termijn wel acceptabel: van een negatief jaar zullen de ziekenhuizen niet failliet gaan. Geld voor innovatie is er dan echter niet, wat de benodigde ontwikkeling op weg naar duurzame en passende zorg verstoort, de basis waarop na veel overleg uiteindelijk het Integraal Zorgakkoord (IZA) in september is ondertekend. Dit IZA is al heel ambitieus en vereist grote veranderingen bij de ziekenhuizen. Verlies lijden, zeker wanneer dit langer voortzet, is dus ook geen gewenst resultaat.
De ruimte voor het beperken van de kosten is echter maar beperkt, zeker nu van de sector juist investeringen worden verwacht. Een ruw middel om kosten te beperken is door operaties niet door te laten gaan als er geen vast personeel beschikbaar is. Het nog verder afschalen van de zorg brengt de kwaliteit van het hele stelsel in gevaar, net nu de huidige personeelstekorten al tot minder behandelingen en langere wachtlijsten hebben geleid.
Meestijgen met salariseisen
Het dilemma zou opgelost zijn als de omzet van de ziekenhuizen mag meestijgen met de salariseisen. De kans hierop is echter vrij klein. Het bedrag wat aan zorg mag worden uitgegeven is namelijk al voor Prinsjesdag bepaald en de overheid heeft aangegeven dat een verhoging van de zorgpremies met 11 euro per maand passend zou zijn. De inkomsten van de ziekenhuizen kunnen namelijk alleen stijgen als de zorgverzekeraars bereid zijn om meer te betalen voor de behandelingen die de ziekenhuizen doen. En de verzekeraars kunnen dat op hun beurt pas wanneer zij zelf ook meer inkomsten hebben. Deze inkomsten zijn afhankelijk van de zorgpremies en deze worden binnenkort bekend gemaakt.
Bron: ABN AMRO