Regionale netwerkorganisaties in zorg en welzijn pleiten in een brief aan de gezamenlijke IZA-partijen voor adequate financiering van hun activiteiten. Zonder goede regionale infrastructuur komt het Integraal Zorgakkoord (IZA) volgens de betrokken koepels in het gedrang.
De zorg staat door vergrijzing en personeelstekort onder grote druk. Om deze druk te verlichten en de zorg toegankelijk en betaalbaar te houden, hebben zorgaanbieders, zorgverzekeraars en het ministerie van VWS in het IZA afgesproken om te werken aan de juiste zorg op de juiste plaats. Concreet betekent dit: samenwerking over de schotten heen, een grotere rol voor sociaal domein en informele zorg en meer nadruk op preventie, gezondheid en welzijn.
Katalysator
Regionale netwerken, zoals Regionale Ondersteuningsstructuren (ROS’en), Regionale Samenwerkingsorganen (RSO’s), RegioPlus-organisaties en GGD’en, zijn hierbij naar eigen oordeel onmisbaar. Ze bieden expertise, netwerken en coördinatie die essentieel zijn voor het opstellen en uitvoeren van regionale plannen. Ook zorgen ze voor afstemming tussen zorg- en welzijnsorganisaties en andere stakeholders. Als katalysator helpen zij bovendien gemeenten, zorgverzekeraars en andere partijen aan de IZA-regiotafels om sneller en effectiever te opereren.
Basisinfrastructuur
Om die reden roepen de vier koepels op om “duurzaam te investeren in de verdere ontwikkeling, legitimering en stabiliteit” van regionale netwerken. “Zonder regionale basisinfrastructuur dreigt het risico dat opgebouwde kennis, ervaring en veranderkracht landelijk en regionaal verloren gaan”, aldus de vier koepels. “Wat duurzaam succes van het IZA in de weg kan staan.”
Vervolg IZA
Dat GGD GHOR Nederland, ROS Netwerk, RSO Nederland en RegioPlus nu van zich laten horen is geen toeval. Minister Agema van Volksgezondheid en het ministerie denken momenteel na over een mogelijk vervolg van het IZA. Dus nu is het moment om de neus tegen het venster te drukken. Bovendien vallen de regiopartijen onder de huidige financieringssystematiek van het IZA buiten de boot. Op het bijna drie miljard euro tellende IZA-budget konden ze hoogstens een indirect beroep doen.
Geld naar zorgaanbieders
“Er zijn wel aanvragen gedaan waar regionale netwerken bij aangehaakt waren of zelfs aan meegeschreven hebben, maar IZA-gelden zijn met name voor zorgaanbieders bedoeld”, legt directeur Guido Zonneveld van RSO Nederland uit. “Juist aanvragen op het gebied van integrale infrastructuur komen niet in aanmerking voor IZA-gelden.”
“De transformatiegelden worden momenteel vooral ingezet in het zorgdomein”, reageert woordvoerster Claudia Busato van GGD GHOR Nederland. “Wij zien dat ook een investering nodig is in het sociaal domein en de publieke gezondheid.”
“Iedereen ziet de noodzaak”, stelt Zonneveld. “In het ene rapport na het andere staat wat de regio allemaal zou kunnen doen. Daar hoort duurzame financiering bij. Daarom pleiten we nu voor meer ruimte.”
Financiële ruimte
Vooralsnog wordt die financiële ruimte eerder kleiner dan groter. De RegioPlus-organisaties, waarin werkgevers op regionaal niveau samenwerken om de personeelsproblemen in zorg n welzijn aan te pakken, worden de komende jaren met ruim 100 miljoen euro gekort, een halvering van hun budget. Onvrede over de financiële uitwerking van het IZA kookte begin november bij de gemeenten. De Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) schortte deelname aan het IZA op uit onvrede over bezuinigingen.