PGO-pioniers zoeken elkaar op

Philip van de Poel
Philip van de Poel
14 augustus 2024
5 min

Een groter bereik en bredere functionaliteit. Dat is wat Health Cloud Initiative (HCI) beoogt met de integratie van de twee persoonlijke gezondheidsomgevingen (PGO) Uw Zorg Online (UZO) en Quli. “Een logische combinatie”, vindt innovatiedirecteur Gideon Kreytz. Beide PGO’s opereren al onder de vlag HCI. Verdere integratie combineert de logistieke slagkracht van Uw Zorg Online met de persoonsgerichte benadering van Quli. 

Zowel Uw Zorg Online als Quli gelden als pioniers van de PGO. Quli – kort voor ‘Quality of Life’- begon in 2013 als maatschappelijk initiatief van een aantal zorgorganisaties. De initiatiefnemers wilden met Quli een digitale omgeving ontwikkelen die mensen en hun naasten meer grip geeft op hun leven, gezondheid en zorg. Voortgekomen uit online platform voor de eerste lijn Pharmeon is Uw Zorg Online al ruim twintig jaar actief. Met ruim 3 miljoen gebruikers afficheert Uw Zorg Online  zich als “hét zorgplatform van Nederland”.

Patiëntgerichte functies
Uw Zorg Online en Quli kennen twee verschillende aanvliegroutes, maar daarom sluiten ze goed bij elkaar aan, gelooft Kreytz. “Quli gaat uit van de persoon van de burger. Quli stelt de mens centraal en het netwerk dat daar omheen zit. De Uw Zorg Online-omgeving is veel meer een logistieke omgeving. Huisartsen, apotheken en anderen kunnen daar met hun e-services in deelnemen, zodat jij als patiënt een afspraak kunt maken.”

“Maar het is natuurlijk ook goed als daar specifieke functies in komen die voor jou als burger of als mens direct meerwaarde hebben. Daarnaast is het mantelzorg-aspect in Quli expliciet aanwezig. Hierdoor worden zelf- en samenredzaamheid digitaal ondersteund. Binnen Uw Zorg Online missen we überhaupt nog patiëntgerichte functies, zoals een dagboek en positieve gezondheid. Daarom passen we bij elkaar.”

Gebruikersbehoefte
Met de integratie lijkt HCI te anticiperen op het streven van het ministerie van VWS om de markt voor PGO’s te consolideren. Zijn er nu nog een tiental aanbieders actief, VWS wil dit nu met een aanbesteding terugbrengen naar drie. Volgens Kreytz wordt de integratie van Uw Zorg Online en Quli niet primair ingegeven door tactische motieven maar door gebruikersbehoefte. “Je ziet dat verschillende werelden steeds meer naar elkaar toe gaan groeien. Op termijn gaan we steeds meer zorgsegmenten ontsluiten. Naast huisartsen, ziekenhuizen en ggz omvat dit ook de revalidatie, care en paramedie. Daarmee creëren we echt een omgeving voor jou en voor mij. Als ik dankzij het MedMij-afsprakenstelsel dan ook nog informatie kan uitwisselen tussen zorgdomeinen, dan heb je een PGO zoals die ooit gedacht was.”

Doel-middel-verwarring
Als grondlegger van Pharmeon en Uw Zorg Online volgt Kreytz de verwikkelingen rond de PGO’s van dichtbij. Wat hem opvalt, is dat de overheid door de jaren heen middel en doel naar zijn idee niet altijd goed uit elkaar heeft weten te houden. “In mijn optiek is er inderdaad een doel-middel-verwarring ontstaan. Als de overheid zich had beperkt tot het laten creëren van standaarden en het stellen van voorwaarden aan het gebruik ervan, dan had de overheid het zichzelf makkelijker gemaakt en waren we verder gekomen. Men is uiteindelijk meer waarde gaan hechten aan de PGO’s en het creëren van een markt dan aan het ontsluiten van de data op zich. Dat is jammer. Vervolgens is het niet gelukt om PGO’s goed te doen vliegen. Nu komen we dus weer terug van het idee van een PGO-markt.”

MedMij-stelsel
Dit laat onverlet dat er volgens Kreytz ook veel in gang is gezet. “Het MedMij-stelsel, waardoor zorggebruikers en gezondheidsprofessionals veilig en betrouwbaar gezondheidsgegevens kunnen uitwisselen, is op zich bijzonder waardevol. Dat bewijst zich elke dag. We hebben nu een initiatief waarbij patiënten zelf hun dossier mee kunnen nemen voor een second opinion. Dat hadden we niet zorgbreed kunnen doen zonder het MedMij-stelsel.”

“We zijn in Nederland überhaupt best ver. In huisartsenland heb je twee grote omgevingen: MijnGezondheid.net en Uw Zorg Online. Die dekken vrijwel de hele huisartsenzorg in Nederland. Dus als ik als zorgvrager mijn dossier digitaal wil inzien, kan ik dat gewoon. En als ik mijn dossier bij het ziekenhuis wil ophalen, dan kan ik in ieder geval een deel van dat dossier via het MedMij-stelsel ophalen. Dus we zijn eigenlijk best ver.”

PGO onbekend
Dat de gemiddelde Nederlander nog steeds geen idee heeft waar PGO voor staat, baart Kreytz geen zorgen. “Wat de gemiddelde Nederlander zou moeten ervaren, is dat hij gewoon bij zijn gegevens kan als hij een gezondheidsapp selecteert. Die app moet betrouwbaar en veilig zijn en aan bepaalde eisen voldoen. Dat iemand dan bedacht heeft dat zo’n app een persoonlijke gezondheidsomgeving moet heten, hoef ik als gebruiker niet eens te weten.”

Eigen regie
Kreytz’ relativerende commentaar kan niet verhullen dat de overheid grote plannen met de PGO’s heeft. Het overheidsbeleid is erop gericht dat iedere burger die dat wil vanaf volgend jaar via een PGO digitaal over zijn of haar gezondheidsgegevens moet kunnen beschikken. In de maximalistische variant wordt PGO zelfs neergezet als de spil voor eigen regie over zorg en gezondheid. Kreytz bekijkt deze opvatting met de nodige scepsis: gebruik mag nooit een doel op zich zijn. In zijn optiek ligt het belang van de PGO vooralsnog vooral in de beschikbaarheid.

Waarde
“Het gaat er namelijk niet primair om hoe vaak jij het gebruikt. Dat vind ik een gedachtenfout. Dat is alsof ik een brandblusser in huis hang en na een jaar zeg: hij is eigenlijk nog nooit gebruikt, dus ik haal hem maar weg. Hij heeft dus geen waarde? Nee, het heeft waarde omdat hij er is.”

“Dat is met zorgdata hetzelfde. Die beschikbaarheid heeft waarde. Als je de gegevens beschikbaar maakt, dan gaat zich dat vanzelf verder ontwikkelen. Als het voor mij als burger interessant is om in een digitale omgeving te zitten waar ik data van mijn wearable kan combineren met die van mijn huisarts, zal ik dat doen. Voor de ene persoon heeft dat waarde, maar voor de ander helemaal niet. Er zijn natuurlijk veel mensen met beperkingen of chronische aandoeningen waarvoor data en ondersteuning vaak van betekenis kan zijn. Maar de overheid moet op dit punt niet de markt willen sturen. Die data zijn belangrijk. Ook wanneer ik als burger niet elke dag die data gebruik, ben ik blij dat ik er wel zelf bij kan als het nodig is.”

Databeschikbaarheid
Ook als het gaat om de nabije toekomst van de PGO’s blijft Kreytz hameren op databeschikbaarheid. “Databeschikbaarheid blijft een barrière in de zorg. Ga je als patiënt jouw ziekenhuisinformatie ophalen, dan merk je toch dat dat beperkt is. Dat was vóór MedMij de situatie en na MedMij nog steeds, zij het ietsje minder. Waarom? Er zijn nog altijd partijen die er belang bij hebben om de toegang tot data te kunnen controleren. Met de introductie van large language models is data nog belangrijker geworden. Daar zit zoveel waarde in. Dus ik zeg tegen de overheid: ga op die databeschikbaarheid zitten, zorg dat er eisen zijn aan partijen die data beschikbaar stellen of gebruiken en laat daarna de markt haar werk doen. Dan zie ik de innovatie in hoog tempo toenemen.”

Gideon Kreytz treedt op als keynote-spreker tijdens het HCI GGZ inspiratie-evenement op 5 september in Museum Singer Laren.

 

Gerelateerde artikelen