Patiënt behoudt zorg na sluiting seh

Digitale nazorg SEH
Philip van de Poel
Philip van de Poel
29 augustus 2024
3 min

De sluiting van spoed eisende hulp-posten heeft geen effect op het regionale zorgvolume. Van verschraling van zorg is volgens adviesbureau Gupta Strategists geen sprake. “We zien dat mensen die wonen in het werkgebied van een gesloten seh gemiddeld niet meer of minder zorg krijgen na de sluiting. Dat is goed nieuws. Het kan dus ook geen argument zijn in discussies rondom wel of niet openhouden van een seh.”

De afgelopen tien jaar zijn over heel Nederland negentien locaties voor spoedeisende hulp (seh) gesloten of omgevormd tot spoedpost. Als argument wordt vaak aangevoerd dat de maatregel nodig is om de kwaliteit en toegankelijkheid van spoedeisende zorg te waarborgen. Concentratie van acute zorg leidt volgens voorstanders tot hogere kwaliteit door meer expertise in de overgebleven seh’s. Ook nu is er in meerdere regio’s gesprek over de toekomst van de acute zorg en over de houdbaarheid van seh’s, die onder druk staat als gevolg van personeelskrapte.

Verschraling
Critici beweren daarentegen dat sluiting leidt tot verschraling van de zorg. Zij denken dat verminderde toegankelijkheid er tot leidt dat patiënten geen toegang meer hebben tot spoedeisende hulp. Uit nood zouden patiënten hun heil elders zoeken, met name in de eerste lijn, terwijl de huisarts al overbelast is.

Geen bewijs voor verschraling
Gupta heeft deze aanname tegen het licht gehouden door de ontwikkeling van het zorgvolume in de negentien regio’s waar in het afgelopen decennium seh’s zijn verdwenen langjarig in kaart te brengen. Uit deze analyse blijkt dat de sluiting van een seh nauwelijks effect heeft op het zorgvolume in de jaren na de sluiting. “In andere woorden: mensen die in het werkgebied van een gesloten seh wonen, krijgen gemiddeld niet meer of minder zorg na de sluiting dan daarvoor”, constateert Gupta. “Er is in die zin dus geen bewijs dat mensen niet meer de zorg krijgen die ze nodig hebben.”

Geen omzetdip
Wel fluctueert bij sommige ziekenhuizen het volume tijdelijk, met logischerwijs vaak een dip rond de sluiting. Deze wordt echter gevolgd door herstel van het volume naar het oorspronkelijke niveau. “Deze dip kan te maken hebben met patiënten die hun weg moeten vinden naar een nieuwe seh”, veronderstellen de onderzoekers. “Deze dip is het sterkst als de seh-sluiting plaatsvindt door faillissement, waarbij het gehele ziekenhuis plotseling de deuren sluit.”

De gevolgen van een seh-sluiting zijn ook niet terug te zien in de omzetcijfers. Gupta: “We zien dat seh-sluitingen gemiddeld niet tot een dip in de omzet van het ziekenhuis leidt. De omzet blijft ook na de sluiting van de seh in lijn met de landelijke trend.”

Spoedpost jaagt volume aan
Daar waar seh’s worden omgevormd tot een spoedpost ziet Gupta wel zaken veranderen. Omvorming tot een spoedpost leidt tot een gemiddelde stijging van het zorgvolume met 4,6 procentpunt, drie jaar na omvorming. Als mogelijk verklaring noemt Gupta de dubbele registratie van patiënten die eerst op de spoedpost worden gezien en dan worden doorverwezen naar een seh. Ook kent een spoedpost voor de zorgvrager mogelijk een lagere drempel dan een seh.

Reistijd
Gupta ziet op basis van de data ook geen directe relatie tussen zorgvolume en de nabijheid van een andere seh. “Kennelijk maakt het niet uit voor het zorgvolume of de reistijd veel of weinig toeneemt”, constateert Gupta. Van substitutie is evenmin sprake. “Seh-sluitingen hebben geen meetbare impact op zorggebruik elders in de keten. Zo veranderen het huisartsenzorgvolume en het volume voor de gehele Zvw-zorg nauwelijks na een seh-sluiting.”

Geen argument
Alles bij elkaar concludeert Gupta dat de huidige trend van concentratie van acute zorg nauwelijks invloed heeft gehad op het zorgvolume en de ziekenhuisomzet. Gupta: “We zien dus mensen die wonen in het werkgebied van een gesloten seh wonen gemiddeld niet meer of minder zorg krijgen na de sluiting dan daarvoor. Dat is goed nieuws. Het kan dus ook geen argument zijn in discussies rondom wel of niet openhouden van een seh.”

Over het kwaliteitsargument dat voorstanders vaak aanvoeren doet Gupta geen uitspraken, De vraag of concentratie de kwaliteit verbetert blijft daarmee vooralsnog onbeantwoord.

 

Gerelateerde artikelen