Digitalisering gaat het zorgproces de komende jaren diepgaand veranderen. Dat betoogde zorginnovatie-strateeg Lucien Engelen tijdens de Future Proof IT Summit in Utrecht. Big tech sorteert nadrukkelijk voor op deze ontwikkeling. De zorgsector laat zich vooralsnog vooral leiden door angst en vastgeroeste patronen. Ondanks grote problemen met toegankelijkheid en personele bezetting.
Hoe hoog de nood is, onderstreepte het verhaal van CIO Ed de Myttenaere van het Dijklander ziekenhuis in Hoorn. “We moeten de SEH meerdere keren per week sluiten en soms meerdere keren per dag. Dit omdat er een dusdanig grote toeloop van patiënten is dat er onvoldoende personeel is om dat aan te kunnen”, vertelde De Myttenaere tijdens de door IT-dienstverlener RAM-Infotechnology georganiseerde summit.
Eén platform
Om het personeelstekort op te vangen, is een digitaal gedreven werkwerkwijze dan ook onvermijdelijk, aldus De Myttenaere. “We werken nu met de eerste en derde lijn aan één technologie-platform waar we patiënten via sensoren centraal gaan monitoren. Al die data komen bij elkaar op één plek en worden straks door een beperkt aantal medewerkers gemonitord. Mensen komen pas naar ziekenhuis als op basis van de data blijkt dat er iets aan de hand is.”
User generated data
Deze ontwikkeling is wat Lucien Engelen betreft een stap in de goede richting. Maar in zijn optiek kijken zorgaanbieders nog te veel door hun eigen koker. Daarmee doen ze geen recht aan de fundamentele verandering die digitalisering in gang heeft gezet. Niet de zorgorganisatie, maar de patiënt en zijn data zijn steeds meer spil van het zorgproces.
“Er zijn nog steeds artsen die denken dat de inhoud van het Elektronisch Patiëntendossier hun intellectueel eigendom is”, hield Engelen zijn gehoor voor. “Maar dat zijn gegevens van de burger. De patiënt heeft meer gegevens dan wij in de zorg met elkaar. Dus iedere organisatie moet open staan voor user generated data, want met alleen eigen data kom je er niet.”
Laagcomplexe zorg uit ziekenhuis
De invoering van werkelijk datagedreven zorg zal in de praktijk grote consequenties hebben, denkt Engelen. “Met de verdubbeling van de zorgvraag en de uittocht van medewerkers moeten we misschien wel 30 procent uit het huidige zorgmodel slopen. Dat betekent dat we zorg op andere plekken met andere mensen gaan aanbieden.”
Blijkens onderzoek dat adviesbureau Deloitte op aangeven van Engelen heeft verricht, zijn burgers in grote meerderheid voorstander van laagcomplexe handelingen buiten de zorg. Niet zo gek, vindt Engelen, want vanuit patiëntperspectief is 80 procent van de zorg een kwestie van logistiek. “Toch proberen we alles nog via een medisch platform te doen.”
Big Tech mikt op zorg
Nu grote tech partijen zich steeds nadrukkelijker met de zorg gaan bezig houden, zal dit model niet lang meer stand houden, voorspelt Engelen. “Bij alle grote tech bedrijven staan zorg en gezondheid zonder uitzondering met stip op één. Een bekende analist voorspelt dat Apple in 2024 met een eigen digitale zorgverzekering komt. Stel dat 1 procent van alle Apple-gebruikers dat doet voor een tientje per maand, dan haalt Apple meer op dan twee keer het BNP van Nederland.”
Om zijn gelijk te staven, hoeft Engelen niet eens in de toekomst te kijken. “De National Health Service (NHS) maakt het mogelijk om met één druk op de knop alle gegevens in de app van Apple te krijgen. Amazon heeft inmiddels voor vijf dollar een abonnementsmodel voor de veertig meest gebruikte generieke geneesmiddelen. All you can eat. Voor 199 dollar per abonnement kun je zo vaak door CT-scanner heen gehaald kan worden als je wilt. Amazon Prime kondigde pas geleden aan dat ze als One Medical een zorgverzekering aanbieden waarmee je 24 uur per dag digitaal zorg kunt krijgen. De moedermaatschappij van TikTok heeft inmiddels 33 Chinese ziekenhuizen gekocht. Spotify gaat vanaf 1.200 locaties in heel Europa voor 150 euro total body scans doen.”
Gedragsverandering
De boodschap aan de zorg is wat Engelen betreft duidelijk: “Los van de vraag of je voor of tegen bent, dit gaan we niet tegenhouden. Als zorgorganisaties niet meedoen, gaan anderen bepalen. Dan moet je niet raar opkijken als je aan het laatste eind trekt.”
Vooralsnog beweegt de zorg niet of te langzaam mee met de digitale transitie. Een kwestie van cultuur en gedrag, denkt Engelen. “Het gaat niet over techniek, het gaat ook niet over geld. Vaak is het probleem gedragsverandering van de professional. Tijdens corona konden we niet anders dan een videoconsult doen. Nu doet nog geen 50 procent van de artsen dat. Ik kom bij instellingen die zeggen dat videoconsult niet betaald wordt. Dat is pertinente onzin. Thuis gebruiken we allemaal dit soort hulpmiddelen, maar we accepteren niet dat de patiënt dat ook wil. Wat gaat die patiënt dan in één keer mijn agenda bepalen?”
Engelen ziet daarnaast allerlei afschuifgedrag. “De zorgprofessional vindt vaak dat de raad van bestuur van bestuur het maar moet fiksen. Die kijkt naar de zorgverzekeraar en het zorgkantoor. Die vinden weer dat de minister het moet regelen. En de minister zegt dat de Kamer er over gaat.”
Lock-in
De Myttenaere wijst er op dat een speelveld dat politieke rugdekking onontbeerlijk is op een speelveld dat gedomineerd wordt door reusachtige multinationals. “Mijn grote zorg is of we die technologie kunnen blijven betalen? Als organisatie sta je tegenover de grote Amerikaanse tech-reuzen met de rug tegen de muur. Ieder jaar zijn er grote prijsverhogingen. Er is niemand die er wat aan doet. Zo zijn we in een zware lock-in terecht gekomen. Als we niet samen met VWS in verweer komen en coalities vormen dan kunnen we de technologie niet meer betalen.”
EHDS
Volgens Engelen kan de European Health Data Space (EHDS) die nu in de maak is, in dit opzicht een belangrijke rol gaan spelen. “De EHDS gaat zorgen voor een enorme standaardisatie op Europees niveau. Dat gaat er voor zorgen dat je een betere marktpositie krijgt.”
EHDS zal ook de positie van de burger versterken, voorziet Engelen. “De EHDS gaat er voor zorgen dat iedere ingezetene van Europa de volledige beschikking krijgt over zijn medische gegevens. Dat is niet een kwestie van een portaaltje bouwen of koppeling leggen, dat gaat over integrale beschikbaarheid zonder dat we dat hoeven vragen. De burger kan dat dus niet alleen gebruiken voor zijn eigen gezondheid, maar ook inzetten voor diagnose, behandeling en innovatie.”
Modulaire blokkendoos
Hoe al deze ontwikkelingen straks precies mogen uitpakken, wat COO Niels van Peer betreft, betekenen ze werk aan de winkel voor een system integrator als RAM-IT. Meer systemen, meer data en meer spelers zijn evenzovele digitale lijntjes die met elkaar verknoopt moeten worden. “Wij moeten faciliteren dat klanten met andere zorgorganisatie kunnen koppelen, maar ook gegevens van burgers kunnen ontsluiten. Wij zoeken daarbij naar één fundament waarop al die verschillende toepassingen als blokken uit een blokkendoos modulair ingepast kunnen worden. Op die manier maak je een digitale werkplek op maat, die tevens toekomstbestendig, veilig en beheersbaar is. En dat gaat ons helpen op het pad naar 2040.”