IZA-partijen kiezen voor CumuluZ

Bianca Rouwenhorst
Philip van de Poel
Philip van de Poel
22 januari 2024
5 min

De ondertekenaars van het Integraal Zorgakkoord (IZA) hebben CumuluZ gekozen als doelarchitectuur voor digitale gegevensuitwisseling in de zorg. In een gezamenlijk uitvoeringsakkoord hebben de partijen hierover op 22 januari bindende afspraken gemaakt. Met de ondertekening komen een landelijke, publieke voorziening voor digitale gegevensuitwisseling en databeschikbaarheid een flinke stap dichterbij.

“In het uitvoeringsakkoord hebben we afgesproken dat we het Cumuluz-concept omarmen als richtinggevend kader voor een landelijk dekkend netwerk”, zegt Bianca Rouwenhorst, directeur Informatiebeleid bij het Ministerie van VWS. “Dus eigenlijk een landelijke data-integratie-infrastructuur.” Het akkoord bevat daarnaast afspraken over eenheid van taal en generieke functies rond onder meer authenticatie en autorisatie. Voor de invoering van een en ander is een bedrag van 1,4 miljard euro gereserveerd.

Databeschikbaarheid

Op de eigen website omschrijven de ontwikkelaars CumuluZ als een landelijk dekkend netwerk voor databeschikbaarheid. “Het CumuluZ-platform zorgt dat alle gezondheidsdata systeemonafhankelijk beschikbaar is voor zorgverlener en patiënt. CumuluZ concurreert niet met bestaande landelijke zorg IT-initiatieven, maar is juist complementair. Het netwerk is erop gericht om componenten van deze initiatieven te hergebruiken.”

Nuts-voorziening

Om dit open karakter te waarborgen is CumuluZ gedacht als een nuts-achtige voorziening, inclusief een vorm van publiek eigenaarschap. “Het gaat om een basisinfrastructuur die er hoort te liggen. Die moet dus niet-concurrentieel zijn”, legt Rouwenhorst uit. “CumuluZ-partijen vinden dat het platform onder regie van VWS verder moet worden doorontwikkeld, beheerd en geëxploiteerd.”

Nationaal belang

Doordat CumuluZ is ontwikkeld door de gezamenlijke academische ziekenhuizen voelt het voor sommige partijen als andermans speeltje, waar ze nu ongevraagd mee aan de slag moeten. “We maken het juist meer publiek, zodat het niet meer één iemands kindje is”, reageert Rouwenhorst.  “Dat is het mooie van het uitvoeringsakkoord. Daarin zeggen de partijen: we vinden het van nationaal belang dat we keuzes maken. Voor de ene voorziening zullen we kiezen voor iets dat bij de ziekenhuizen is ontwikkeld, voor de andere mogelijk iets dat in de VVT-sector al werkt. We hebben de locomotief gekozen en we weten het eindpunt. Nu gaan we kijken welke wagonnetjes we er aan kunnen hangen.”

Historische stap databeschikbaarheid

Het uitvoeringsakkoord mag gerust een historische stap heten. Met de keuze voor CumuluZ en enkele andere generiek voorzieningen is er voor het eerst sinds het mislukken van het landelijk Elektronisch Patiëntendossier (EPD) in 2011 concreet zicht op een instrument waarmee gezondheidsgegevens altijd en overal beschikbaar gemaakt kunnen worden. Dit heeft een enorme positieve impact op databeschikbaarheid.

Netwerkzorg

Na het EPD-debacle kwam VWS aan de zijlijn te staan en moest het veld zelf maar bedenken hoe verder te gaan met digitalisering van de zorg. Gevolg: versnippering en eindeloos veel puntoplossingen die niet op elkaar aansluiten. “We hebben geleerd dat duizend bloemen bloeien misschien wel een mooi bloemenveld oplevert, maar niet het boeket dat we liefst op tafel hebben staan”, vat Rouwenhorst deze periode samen.

“Wat er de afgelopen jaren is gedaan in verschillende sectoren is veelal vanuit de silogedachte gebeurd. We gaan nu naar netwerkzorg toe die georganiseerd is rond de burger.  Dat betekent dat we en aantal basiszaken over de sectoren heen samen doen.”

IZA

Dit besef is volgens Rouwenhorst ook bij de zorgpartijen gaandeweg gegroeid. Het gevoel van urgentie wordt nog eens extra gevoed door het IZA. Teneinde de zorg toegankelijk, betaalbaar en hoogwaardig te houden is hierin een ambitieuze digitale agenda opgenomen. Die is alleen uitvoerbaar als alle partijen de handen ineen slaan.

Regie

Toch betekent dit niet dat er op alle punten sprake is van spontane consensus. Op die punten heeft het ministerie van VWS de regie naar zich toe getrokken. Volgens Rouwenhorst heeft VWS daarmee niet meer gedaan dan gehoor geven aan de groeiende roep uit het veld. “In eerste instantie was het best moeilijk om uit te zoeken wat regie betekent in een veld waarin partijen zelf verantwoordelijk zijn voor de uitvoering en ondersteuning van de eigen processen.”

“Vanuit VWS zijn we werkenderwijs gaan kijken hoe we regie kunnen nemen. Dat hebben we in eerste instantie gedaan door een Nationale Visie te schrijven met een bijbehorende strategie. Dan is de volgende vraag: hoe ga je zorgen dat die keuzes gerespecteerd en ingevoerd worden zonder dat daar direct een wettelijke basis voor is. Daarom is het uitvoeringsakkoord zo’n mooie stap. IZA-partijen kwamen zelf met de suggestie om keuzes in een gezamenlijk uitvoeringsakkoord vastleggen.”

Vrijblijvendheid voorbij

“Daarmee is de vrijblijvendheid weg. Het is nu duidelijk dat je moet kiezen en dat dit consequenties heeft. We zeggen: dit wordt de voorziening waar alle partijen gebruik van gaan maken. Soms is dat een andere voorziening dan die al wordt gebruikt in een sector. Dat betekent niet dat het altijd voor iedereen fijn. We zullen wel in ogenschouw nemen hoe snel een partij of sector naar de nieuwe situatie kan toegroeien. Het hoeft allemaal niet binnen één of twee jaar gerealiseerd te worden. Het gaat om die stip op de horizon van 2035. Maar toch is snelheid geboden.”

Data geen verdienmodel

Voor de IT-leveranciers kan de keuze voor CumuluZ verstrekkende gevolgen hebben. Nu nog proberen leveranciers eigen oplossingen voor data-uitwisseling weg te zetten. Een leverancier als ChipSoft -marktleider in Nederland op het gebied van EPD’s- positioneert het eigen Zorgplatform nadrukkelijk als zodanig. Adviesbureau KPMG en MicroSoft lanceerden onlangs een eigen oplossing voor regionale data-uitwisseling. “Zolang er geen bindende keuzes zijn gemaakt voor bepaalde voorzieningen zoeken leveranciers naar mogelijkheden om de markt voor hun product te vergroten”, zegt Rouwenhorst. “Dat is wat je hier ziet. Maar ook nu we kiezen voor een publieke data integratiestructuur houden de leveranciers een belangrijke rol in de transformatie.”
Welke rol leveranciers ook op zich nemen, de vuistregel is wat Rouwenhorst betreft dat data en functionaliteit gescheiden worden. “Anders wordt data het verdienmodel, dát mag het niet zijn.”

Vertrouwen

Bij alle mogelijke korte termijneffecten van het uitvoeringsakkoord, benadrukt Rouwenhorst dat digitale gegevensuitwisseling in de gehele zorg een kwestie van een lange adem is. “Dit is een traject dat echt nog tien jaar duurt”, stelt Rouwenhorst. “Er moeten nog veel technische en juridische zaken worden geregeld, maar de grootste uitdaging zit in het winnen van vertrouwen. Zowel burgers als zorgverleners moeten durven vertrouwen op data en de manier waarop daar mee wordt omgegaan. Als het gaat om kwaliteit en veiligheid van gegevens kun je dat maar één keer goed doen. Mijn werkwijze is daarom: telkens een stapje zetten en leren van die stapjes. We moeten niet langer eerst jaren nadenken waardoor we eigenlijk weer achterlopen als we in actie komen.”

Databeschikbaarheid was één van de kernthema’s tijdens Zorg & ict 2024. Het grootste health tech event van Nederland werd van 9 tot en met 11 april gehouden in Jaarbeurs in Utrecht. Bianca Rouwenhorst was één van de keynotes.

Persberichten

Plaats zelf je persbericht

Lees meer

Gerelateerde artikelen