De afdeling Klinische Farmacie in Isala gooide tot voor kort maandelijks meer dan 20.000 tabletten weg die terugkwamen van verpleegafdelingen. Deze medicijnen gaan niet meer in de afvalton, maar terug in de voorraad. Isala dringt zo de medicijnverspilling met maar liefst 90 procent terug.
Ziekenhuisapothekers Peder Nygård en Douwe van der Meer (rechts op de foto) wilden iets doen aan de grote hoeveelheden medicijnen die dagelijks de afvalton in gingen. Van der Meer: “Dat deden we uit veiligheidsoverwegingen. Die veiligheid is natuurlijk belangrijk, maar ook in de ziekenhuisapotheek willen wij duurzamer werken. Sinds begin dit jaar gooien wij medicijnen die terugkomen van een afdeling niet meer standaard weg, maar leggen ze terug in de voorraad. We verspillen zo maar liefst 90 procent minder. Omdat de medicijnen het ziekenhuis niet hebben verlaten, zijn er geen wettelijke belemmeringen.”
Barcodes
De kans op fouten is volgens hem heel klein. Dat komt doordat Isala één van de weinige ziekenhuizen is die alle individuele tabletten en pillen voorziet van barcodes. De apotheek én verpleegkundigen die de medicijnen uitdelen, controleren daarmee aan het bed of het om het goede medicijn gaat.
Van der Meer: “De helft van het assortiment kopen we met barcode in. De andere helft labelen we zelf. Dat zijn 600.000 labels per jaar. En dat is best veel werk, denk aan ongeveer 1,5 fte. Nu we de medicijnen opnieuw willen gaan gebruiken, blijkt dat labelen en scannen aan het bed echt de crux te zijn om dit veilig mogelijk te maken.
Retourmedicijn
De apothekersassistenten stoppen de medicijnen die terugkomen van in aparte doosjes die vóór de originele verpakking staan. Het is iets meer werk, maar het geeft veel voldoening als de afvaltonnen minder snel vol komen. Van der Meer: “ Als je een pil uit zo’n voorste doosje pakt, weet je dat het een retourmedicijn is. Dan ben je extra alert. Is de drukstrip bijvoorbeeld nog intact? Als dat het geval is, kan de pil gewoon weer opnieuw mee.”
Goedkope medicijnen
Het gaat in veel gevallen om hele goedkope medicijnen die een paar cent per stuk kosten. “We dachten er daarom eigenlijk niet over na. Maar dan besef je dat de grondstof voor zo’n pil uit China komt, dat die pil vervolgens in India wordt verpakt en danb de halve wereld over reist om bij ons gelabeld te worden en dan hier in de prullenbak te belanden. Dat kan natuurlijk niet meer met het oog op duurzaamheid.”
Moeilijk verkrijgbaar
Ook medicijnen die moeilijk verkrijgbaar zijn, belandden tot eind vorig jaar regelmatig in de afvalton. Van der Meer: “De inkoopafdeling moet voor 10 tot 15 procent van de medicijnen veel moeite te doen om ze in de apotheek op de plank te houden. En dan gooien we soms tot wel de helft ervan zomaar weg. Dat is echt te gek voor woorden. Ik ben heel blij dat daar een einde aan gekomen is.”
In alle Nederlandse ziekenhuizen belanden medicijnen in de afvalton. En daar is niemand trots op. Volgens Van der Meer zouden apothekers en bestuurders hier onderling veel meer over moeten praten. “Niemand is er trots op dat er medicijnen bij het afval verdwijnen. En niemand vertelt vol trots om welke hoeveelheden het gaat. Het wordt hoog tijd dat we hier open over zijn.”
Het hergebruik in Isala werkt dankzij de barcodes. En die hebben niet veel ziekenhuizen. Van der Meer: “Wij hebben het systeem afgekeken bij het St Jansdal. En dat zouden veel meer ziekenhuizen moeten doen.”
Meer maatregelen
Ook zonder de barcodes kunnen ziekenhuisapotheken maatregelen nemen om het aantal weggegooide medicijnen te beperken. Van der Meer: “Logistiek medewerkers van onze afdeling controleren altijd op verpleegafdelingen of er nog genoeg voorraad is en wat de vervaldatum is. Dat deden zij eens in de drie maanden. Medicijnen die binnen drie maanden over datum zouden gaan, namen ze dan al vast mee. Nu komen zij een keer per maand langs. We hoeven dus minder vaak voorraad mee terug te nemen. Daarnaast sturen wij afdelingen een overzicht van wat wij wel hebben moeten weghalen en of zij misschien hun basisvoorraad willen aanpassen. Dit klinkt simpel, maar toch gebeurt het vaak niet. Dit kan in ieder ziekenhuis.”