Data is een voorwaarde om als zorgorganisatie toekomstbestendig te zijn. Toch gebruiken de meeste zorgorganisaties hun data niet optimaal. En dat is een gemiste kans. Ook zonder grote investeringen is waarde te creëren met data.
Rob van ’t Zand, partner Data en Digitalisering bij BMC, helpt zorgorganisaties bij het ontwikkelen van data-strategieën. Dit doet hij onder andere met collega Evy Liersen. Beiden zien een gedigitaliseerde zorgsector die stoeit met de vraag hoe data waardevol inzetbaar is.
Liersen: “Om met minder personeel te kunnen werken aan meer complexe zorgvragen moet je anders kijken naar de zorg- en personeelsinzet. Wat nodig is, kun je alleen met data weten, begrijpen en het liefst ook voorspellen. Zonder die informatie ben je als zorgorganisatie stuurloos. Ik gun zorgorganisaties dat ze in control zijn.”
Van ’t Zand beaamt dit. “Als je als zorgorganisatie wilt anticiperen en sturen, is het belangrijk om te weten wat je moet doen op strategisch, tactisch en operationeel niveau. Gebruik maken van de aanwezige data en technologie die ook weer data levert, maakt dit mogelijk. Met het sturen ‘op gevoel’ ga je het niet redden.”
Secundair gebruik data
Met alleen technologie wordt nog niet data-gedreven gewerkt. Zo blijkt uit schattingen dat 90 procent van de vergaarde data in ziekenhuizen onbenut blijft. Er ontbreekt vaak een koppeling tussen IT-systemen, de registratie van gegevens is onvolledig of de frequentie van de dataverwerking is te laag.
Een veel gehoorde uitspraak is dat een groot budget nodig is om daadwerkelijk met data aan de slag te gaan. Daar is Van ’t Zand het niet mee eens. Ook de bestaande technologie biedt volgens hem veel kansen.
“Zorginstellingen zijn soms best ver met de inzet van geavanceerde technologieën, maar vergeten dat de data die ermee wordt gegenereerd net zo waardevol is als de directe toepassing. Slimme technologieën worden bijvoorbeeld gebruikt om de werkdruk te verminderen of om ouderen in een zorginstelling gezelschap te houden, maar dat is een primair gebruik van de data.”
Slimme camera
“Zo is een slimme camera die het slaapgedrag monitort bijzonder handig om met een kleinere bezetting te kunnen werken. Maar daarnaast is deze data te combineren met andere gegevens. Bijvoorbeeld de leeftijd of de medicatiegeschiedenis van de patiënt. Dan wordt het ook mogelijk om te voorspellen wanneer iemand onrustig is in de nacht. Ik heb het idee dat veel zorgorganisaties het nadenken over dit secundaire gebruik van data een beetje vergeten.”
Digitale vaardigheden zorgpersoneel
Volgens Van ’t Zand en Liersen besteden veel zorgorganisaties te weinig aandacht aan de digitale vaardigheden van de medewerkers en het management.
Liersen: “Zorgorganisaties zetten vaak in op het genereren van informatie met data, maar die informatie moet in de praktijk waarde toevoegen of een probleem oplossen. Dat vraagt om digitale vaardigheden. Die zijn niet vanzelfsprekend. Zeker niet bij zorgverleners. Die zijn in een functie gestart om vooral zorg te verlenen en niet om dashboards te lezen of om technologie in te zetten.”
Van ’t Zand: “Het werken met data is vooral een ontwikkeltraject voor de organisatie en de medewerkers. Er wordt veel geïnvesteerd in IT en data-specialisten, maar niet in het vermogen van medewerkers en het management om met data om te kunnen gaan.”
Datavolwassenheidsmodel
Liersen en Van ’t Zand adviseren zorgorganisaties om vooral met elkaar in gesprek te gaan en te leren van de data-experimenten en de veranderaanpak. Om alle onderdelen van het datagedreven werken in balans te brengen, is een datavolwassenheidsmodel ontwikkeld.
Het model bevat vier niveaus; het weten, begrijpen, voorspellen en bepalen. Op basis van dit model is te bepalen waar de zorgorganisatie staat in het proces van datagedreven werken.
Van ’t Zand: “Soms lijkt het alsof een zorgorganisatie de enorme tech-push maar met moeite kan bijbenen. Onze boodschap is dat je niet veel hoeft te investeren in technologie om nu al de waarde in te zien van het werken met data. Het draait vooral om de ontwikkeling van de organisatie en de medewerkers. Dat is een noodzaak voor elke toekomstbestendige zorgorganisatie.”
Eerste stap
Anne-Marie van den Hout van is de aanjager van het datagedreven werken binnen zorgorganisatie Savant. Ze is continu bezig met de vraag welke data beschikbaar is en wat ervan geleerd wordt. “We staan helemaal aan het begin van het proces. Ik leg in de presentatie uit hoe we de eerste stap zetten in het creëren van datagedreven zorg. Bijvoorbeeld door verschillende databronnen te combineren en hiermee aan de slag te gaan. Dit helpt ons om de werkdruk te verlichten, te besparen op de zorgkosten en betere zorg aan onze cliënten te bieden.”