Utrechtse AI Hubs sturen technologie in juiste richting

Foto: Jelmer de Haas
Philip van de Poel
Philip van de Poel
27 november 2024
5 min

Wil AI maatschappelijke waarde hebben, dan is samenwerking tussen organisaties, bedrijven en kennispartijen van cruciaal belang. “Daarom hebben we in Utrecht alle kennis en ervaring op een centrale plek georganiseerd”, aldus Carl Moons, klinisch epidemioloog en onderzoeksdirecteur van het Julius Centrum, tijdens het recente Utrecht AI Event. “En dat is zeker niet overal het geval.”

Binnen de muren van Universiteit Utrecht en UMC Utrecht heeft de integrale aanpak beslag gekregen in vijftien zogeheten AI Labs. Elk van deze labs houdt zich bezig met een specifiek onderwerp, uiteenlopend van politietaken, mobiliteit en dierenwelzijn tot duurzaamheid en gezondheidszorg. Wat ze verbindt is een domein-overstijgende werkwijze die specifiek gericht is op praktische toepassingen.

Achter deze benadering zit volgens Moons een duidelijk rationale. “Of je nu bezig bent met gezichtsherkenning, fraudedetectie, energie-efficiency, spoorinfra of medische beeldvorming, het gaat uiteindelijk om hetzelfde soort algoritmes”, aldus Moons tijdens het drukbezochte evenement ‘Bevond Technology’ in Muziekcentrum Tivoli Vredenburg.

Uitdagingen

Dat vijf van de tien labs zich op gezondheidszorg richten, is volgens Moons geen toeval. De sector kent grote uitdagingen die schreeuwen om een nieuwe aanpak. Denk aan groeiende vraag, vergrijzing, personeelstekort en kostenstijgingen. “Meer medicijnen in het systeem pompen is niet de oplossing”, aldus Moons. “We moeten wat anders doen. Technologie is een deel van de oplossing. De vijf labs voor de zorg hebben we specifiek gekozen, omdat ze antwoord geven op de uitdagingen in de sector.”

Serendipiteit stimuleren

De hubs zijn ook op een andere manier van belang, betoogt Jeroen de Ridder, onderzoeker en universitair hoofddocent aan Centrum voor Moleculaire Geneeskunde van UMC Utrecht. “Om oplossingen te vinden is het belangrijk dat de juiste mensen uit onderzoek en praktijk  elkaar vinden. Zo kunnen onderzoekers zich richten op de problemen die er echt toe doen. Dus niet zomaar weer een model ontwikkelen, maar waarde toevoegen en het verschil maken voor de patiënt. Als je in een ziekenhuis rondkijkt, dienen de belangrijke vragen zich vanzelf aan. Die los je niet op door mensen in die richting te dwingen, maar door serendipiteit de ruimte te geven. Dat is wat de hubs doen.”

AI-strategie

Om data-infrastructuur, Research & Development en implementatie dichter bij elkaar te brengen heeft UMC Utrecht onder de noemer 3AI een eigen strategie ontwikkeld. Deze koers is de zorg volgens Moons op het lijf geschreven. “Om AI te ontwikkelen hebben we allereerst data nodig. Dan kun je de technologie gaan testen en evalueren. Daarna volgt implementatie. Data, onderzoek en toepassing; eigenlijk is de zorg al decennia op basis van die drie pijlers georganiseerd.”

Databeschikbaarheid

Toch zijn er in de zorg nog uitdagingen genoeg. Die beginnen al bij het vergaren van de ruwe grondstof voor AI-modellen, oftewel data. “Data in de zorg is erg gefragmenteerd”, stelt Miriam Sturkenboom, afdelingshoofd datascience van het Julius Centrum. “Bij alle verschillende aanbieders liggen wel stukjes informatie over de reis van de patiënt. Met Health Data Space Utrecht proberen we een data-infrastructuur te bouwen voor het veilig vinden en verbinden van data, zodat er onderzoek gedaan kan worden en applicaties gebouwd kunnen worden. Met het oog hierop proberen we alle zorgaanbieders in de regio te verbinden en te helpen bij het proces van digitalisering.”

Opschaling

Naast databeschikbaarheid vormt ook opschaling een terugkerend probleem. “Opschaling is ons doel”, stelt Ilse Kant, lead ‘AI for Health’ van UMC Utrecht. “Dat betekent dat we oplossingen zoeken die passen binnen het bredere kader van de zorg. Een mooi voorbeeld is de ontwikkeling van ons algoritme voor het voorspellen van no shows. We willen oplossingen dus niet voor ons zelf houden, maar om op te schalen hebben we wel partners nodig, zowel onder ziekenhuizen als onder private partijen.”

Hordes opruimen

Zulke samenwerkingen kunnen lastig zijn in een veld waar veel nog niet is uitgekristalliseerd, stelt bio-informaticus De Ridder. “Onze algoritmes zijn in principe open source, dus iedereen kan ze gebruiken. Maar we kunnen geen verzoeknummers doen. Daar hebben we de capaciteit niet voor. Bovendien is het de vraag of dat allemaal mag van de patiënt. Onduidelijkheid over toestemming voor hergebruik is in mijn ogen één van de grootste hordes. Ik weet niet in welke vorm, maar er moet nog heel veel expertise samen komen om zulke hordes op te ruimen.”

Opt out

Waarom de patiënt niet rechtstreeks betrekken, wil een toehoorder vanuit de zaal weten. Dat gebeurt al dankzij de introductie van de European Health Data Space (EHDS), reageert Sturkenboom. “Er zijn veel burgers gehoord bij het ontwerp van de EHDS. Mede daar door is er een opt out-regeling gekomen. Ook op regionaal niveau proberen we direct met burgers in gesprek te gaan. In zijn algemeenheid kun je zeggen dat mensen hun data best willen delen, maar dan wel onder bepaalde condities. Hun gegevens moeten niet voor commerciële doeleinden gebruikt worden en in handen zijn van een betrouwbare partij. Dat is de maatschappelijk toestemming die we hebben. Die proberen we in de Data Space Utrecht te verankeren.”

Durfkapitaal

Om het investeerdersperspectief over het voetlicht te brengen, mocht tijdens het AI Event Utrecht durfinvesteerder Eva de Mol het woord voeren. De Mol maakte naam als oprichter van  investeringsfonds CapitalT, maar meer nog als pleitbezorger van diversiteit in de wereld van het grote geld. Zakelijk gezien is de zorg nog onontgonnen terrein voor De Mol, maar nieuw is de sector zeker niet. “Mijn beide ouders waren werkzaam op medisch terrein”, aldus De Mol. “Ik ben daarom opgevoed met het idee dat dingen evidence based moeten zijn. Op dit moment hebben we nog geen investeringen in digitale zorg, maar we kijken wel naar een flink aantal bedrijven.”

Diversiteit

Wat ze in Nederland geregeld bij start ups mist, is de durf om risico’s te nemen. Ook aan de absolute wil om te groeien schort het nog wel eens. Maar op één punt heeft de sector een klein streepje voor. “Geweldig om te zien hoeveel mensen met zulke verschillende achtergronden hier samen zijn. Zorg en educatie kennen echt meer diversiteit dan big tech en finance. Dat is belangrijk, want uiteindelijk draait het bij investeren niet -zoals vaak gedacht wordt- om geld, maar om mensen.”

 

 

 

Uitgelicht

Persberichten

Plaats zelf je persbericht

Lees meer

Gerelateerde artikelen