De jonge en snelgroeiende duurzame zorg-beweging vierde tijdens het Groene Zorg Festival dat het anders kan. Marcel Levi stelde daar dat politici, beleidsmakers en zelfs zorgbestuurders het verschil níet gaan maken. ‘We moeten als zorgprofessionals echt zelf gaan verduurzamen.’
Foto: Alyssa van Heyst
De groene beweging in de zorg groeit als kool. Daar kon je niet omheen tijdens het Groene Zorg Festival zaterdag 24 september in Lijm en Cultuur in Delft. Het leeuwendeel van de 750 bezoekers was jong en zorgprofessional.
Voorzitter Evelyn Brakema van organisator Groene Zorg Alliantie en huisarts in opleiding verwelkomde hen met aanmoedigende cijfers over deze beweging. Het aantal bij de alliantie aangesloten green teams is in een paar jaar gegroeid van 16 naar 175. Daarmee worden nu 55.000 professionals in de zorg vertegenwoordigd. Brakema vertelde het gaaf te vinden dat het festival een deel van deze ‘verzetshelden’ bij elkaar had verzameld.
Mixed feelings over Green Deal
Na de beweging van professionals in de zorg zijn de zorgbestuurders, overheden, verzekeraars en banken aan zet. Een discussiepanel met vertegenwoordigers uit deze geledingen opende het festival. Zij vertelden hoe ze de beweging ondersteunen.
De intenties van dergelijke ondersteuners zijn prima en hun steun is zeker nodig, maar toch moet het daar niet van komen, stelde Marcel Levi direct na dit panel op het hoofdpodium. Hij gelooft dat het eerst en vooral aan professionals in de zorg is. De voorzitter van de Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek sprak in zijn ‘tweede’ hoedanigheid als arts tot zijn sectorgenoten.
De praktiserend internist wil zelf het verschil maken door het bezoek aan zijn polikliniek terug te dringen. Met een grafiek liet hij zien hoe sterk deze bezoeken in ons land in vijftien jaar zijn gestegen: van zes miljoen jaarlijks in 2005 naar acht miljoen in 2020. Hij verwacht dat we dat met zijn allen kunnen terugbrengen met de helft.
Levi vindt dat verduurzaming een kwestie is van innovatie en transformatie van het werk. Daarom moet je het niet overlaten aan andere mensen dan professionals in de zorg. “In Nederland hebben we de Green Deal Duurzame Zorg en daar wordt vandaag ook veel over gesproken. Ik heb daar een klein beetje mixed feelings bij.” Hij liet foto’s van politici, zorgbestuurders en vertegenwoordigers van koepels zien en stelde dat niemand op die plaatjes een wezenlijke bijdrage gaat leveren. “Het is niet onaardig bedoeld. Maar: zíj gaan het gewoon niet doen. Nee, dat zullen we echt zelf moeten doen.”
Robotchirurgie
Levi riep professionals in de zorg op om in hun instelling in actie te komen. Hij pleitte voor multidisciplinair samenwerken in (green) teams. “Natuurlijk moeten we ook met het bestuur samenwerken. Die zullen we moeten meenemen in plaats van dat ze ons meenemen.” Ook pleitte hij voor wat minder gehoorzaamheid op het gebied van wet- en regelgeving. “We mogen wel wat dapperder zijn.”
Levi gelooft dat je met innovatie zorgprocessen kunt verduurzamen, maar niet alle innovaties zijn duurzaam of nuttig. Hij is een fel tegenstander van robotchirurgie, bleek uit zijn antwoord op een vraag uit het publiek. Als bestuursvoorzitter bij het Amsterdam UMC kon hij de komst van robots tegenhouden, maar na zijn vertrek kwamen er toch twee, zo vertelde hij. “Totaal onbewezen techniek. Het is hooguit een arbo-tool, omdat je er minder rugpijn van krijgt. Een goed voorbeeld van wat je niet moet doen.”
Vechten voor de zwakkere
De tweede keynote werd gehouden door Michelle van Tongerloo, net als Marcel Levi een zorgprofessional. Voor haar was de oproep van Levi om in actie te komen zeker niet bedoeld. Ze doet niet anders. En vecht onophoudelijk voor de zwakkeren in de samenleving. Tijdens het Groene Zorg Festival beschreef ze tot in detail wat er kan gebeuren als iemand ziek wordt en in aanraking komt met verschillende instanties.
Haar boodschap was duidelijk: voordat instanties ingrijpen, moeten ze de bredere context van het leven van deze persoon begrijpen. Zo zegt ze dat er veel oplossingen nodig zijn voor daklozen, mensen met psychiatrische problemen, verslaafden en arbeidsmigranten. Deze groepen hebben vaak meer behoeften dan alleen medische zorg. Het gaat ook om het begrijpen van hun levensomstandigheden, achtergronden en uitdagingen. Met haar stichting Lekkergeven! probeert ze zoveel mogelijk mensen te helpen.
Duurzame zorg is volgens haar passende zorg. En dat is zeker niet het geval als kwetsbare patiënten die net in het ziekenhuis behandeld zijn direct weer op straat belanden.
Burgeractivisme
‘Niet geleverde zorg is de meest duurzame zorg’. Dat was de titel van de toespraak van anti-rookactivist Wanda de Kanter. Als afsluitende spreker op het hoofdpodium gaf zij de groene zorgprofessionals een stoomcursus burgeractivisme en -lobbyisme. Zij prikkelde de zaal om zich samen in te zetten voor meer preventie. Dat kan volgens haar ‘door feiten te plaatsen tegenover miljardenbelangen’ van de industrie. “Wij hebben niet zoveel geld maar we hebben idealen en de kracht van de geloofwaardigheid van onze beroepsgroep. Wij doen er echt toe in Den Haag.”
Van professionals in de zorg mag wat worden verwacht, vindt De Kanter die tientallen jaren als longarts werkte. “Als arts ben jij verplicht om iets aan deze problemen te doen.”
Wettelijke gezondheidsdoelen
Ze ijvert zelf voor harde wettelijke gezondheidsdoelen waar het kabinet op kan worden afgerekend. Verder wil ze graag een minister van kinderen en een wettelijk verbod op de verkoop van nicotine-houdende producten aan kinderen geboren vanaf 1 januari 2012. Ze riep daarom de zaal op om het manifest Nicotinee te ondertekenen. “Als je iets wilt, zoals een rookvrije generatie, dan moet je dat in de wet vastleggen. Het mooie bij de Urgenda-zaak was dat we Parijs-akkoorden hadden, waarin staat dat je niet meer dan zoveel mag uitstoten. Op gezondheid is er niks. Nog niks.”