Wil de zorg houdbaar en duurzaam worden, dan moet de sector in beweging komen. Met dit uitgangspunt start Planetree Nederland het traject ‘Design the Future’.
In vier werkbijeenkomsten wil Planetree collectieve kennis en krachten bundelen en met behulp van design thinking omsmeden tot actie. “Als we niet gaan bewegen, is de huidige situatie niet langer houdbaar en betaalbaar. Niet voor de cliënt, niet voor de medewerker, niet voor onze organisaties en niet voor de aarde.”
Roos Trooster, strategisch adviseur en implementatie-regisseur: “Vanuit de overheid verschijnt het ene na het andere rapport over hoe het in de toekomst verder moet. Ook zijn er allerlei sombere berichten. Over vergrijzing en over hoe moeilijk het is om na covid mensen in de zorg gemotiveerd te houden.”
Concrete acties
“Bij ons aangesloten organisaties denken in eigen bereik al na over oplossingen. Dus waarom steken we niet de koppen eens bij elkaar, zodat we niet alleen goede ideeën en praktijken delen, maar ook radicaal over de eigen grenzen heen kijken? Met Design the Future willen we dat niet alleen in een mooi plan voor de toekomst gieten, maar ook omzetten in concrete acties.”
Design the Future richt zich op drie grote, complexe uitdagingen, door Planetree aangeduid als ‘duurzaamheid, naastenparticipatie en de rol van de gemeenschap bij de juiste zorg op de juiste plaats’.
Ambitieus
De thema’s zijn gezien hun omvang behoorlijk ambitieus, erkent Trooster. Maar ze ziet ook de nodige overlap, waardoor ze elkaar kunnen versterken. “Bij de eerste brainstorms merkten we het risico om nog breder te gaan. Deze drie hoofdrichtingen sluiten goed op elkaar aan. Als je het over duurzaamheid hebt, gaat het ook over duurzaam omgaan met personeel. Participatie van cliënten en hun naasten kan daarbij een deel van oplossingsrichting zijn, net als de rol van de gemeenschap bij zorg op de juiste plaats.”
Design the Future krijgt een specifieke aanpak. “Design Thinking leent zich heel goed juist voor dit soort grote vraagstukken”, licht adviseur en ontwerper Mariëlle Jakobs de keuze toe. “Het biedt veel mooie brain stormtechnieken om met een open houding naar uitdagingen te kijken. Het voorkomt dat je gelijk in oplossingen gaat denken, maar dwingt je juist om eerst volop de tijd nemen om in te gaan op wat echt belangrijk is. Wat speelt er nou bij de eindgebruiker? Het draait om het samen ontwerpen met de cliënt. Daarna ga je testen met kleine, simpele prototypes. Je gaat niet meteen een fantastisch groot ontwerp maken om achteraf te merken dat het helemaal niet werkt.”
Experimenten
“Er is in de zorg veel bureaucratie”, valt Trooster bij. “Er is ook een neiging om eerst heel veel data te verzamelen voor we iets gaan ondernemen. Dat slaan we met Design the Future even over. We gaan in de praktijk experimenten aan. Het mooie van design thinking is dat dingen ook mogen mislukken. Als je open en eerlijk bent, leer je daar juist van.”
Rijst de vraag of deze manier van werken niet wezensvreemd is voor de zorg. Vaak staan professionals zichzelf niet snel toe om fouten maken of te falen. “Dat is meteen iets waar ze veel last van hebben”, reageert Trooster. “Ik ben al heel wat jaar bij verandertrajecten in de zorg betrokken. Daar zie je vaak de behoefte om het op een wetenschappelijk verantwoorde manier te doen. Dat snap ik, want zo zijn mensen opgeleid. Je moet beter maken, dus je wilt geen experimenten waarvan zorgvragers de dupe kunnen worden. Maar dat zet zich ook door in een houding waarbij alles eerst geprotocolleerd en in beleid vastgelegd moet zijn. Allemaal belangrijk, maar het vertraagt ook enorm. We hebben als Planetree niet het idee dat we de tijd hebben om nog eens vijftien jaar na te denken.”
Design the Future start op 8 december met een fysieke bijeenkomst. In het voorjaar van 2023 volgen drie digitale deelsessies. De uitkomsten worden op 11 mei tijdens de jaarlijkse Planetree-conferentie gepresenteerd. Deelname aan Design the Future staat behalve voor zorgorganisaties, cliënten en naasten nadrukkelijk open voor andere partijen, uiteenlopend van gemeenten tot ontwerpers.